Rijstboeren in Senegal: 1 jaar later

Rijstboeren in Senegal: 1 jaar later

08/01/2015

Een paar jaar geleden begon Vredeseilanden met het ondersteunen van organisaties van rijstboeren in het zuidoosten van Senegal. Hun plan: Senegal zelfvoorzienend maken op vlak van rijst, zodat de bevolking in de steden en dorpen geen nieuwe voedselcrisis meer moet doorstaan. Vorig jaar was dit ons campagneverhaal. Waar staan de rijstboeren een jaar later?

Voedselcrisis in Senegal?

Senegal maakte zich sinds de jaren ‘80 hopeloos afhankelijk van de wereldmarkt. Het importeerde het overgrote deel van de rijst die nodig is om de bevolking te voeden. Tegenvallende oogsten jaagden in 2008 paniek door de wereldwijde voedselmarkten. De prijzen gingen de hoogte in, en Aziatische landen die normaal rijst exporteerden, stopten daarmee, uit vrees dat ze zelf niet genoeg zouden hebben. De gevolgen lieten zich voelen: er kwam te weinig rijst toe in Dakar, de hoofdstad van Senegal. En de rijst die er was, was onbetaalbaar. In het binnenland was de situatie nog erger.

“Om te overleven hebben de gezinnen toen hun rijstzaden opgegeten, die ze gespaard hadden voor de volgende oogst. Op korte termijn hield dat ons in leven, maar het betekende dat er geen zaaigoed meer beschikbaar was om opnieuw te planten. We worstelen nog altijd om genoeg zaaigoed bij elkaar te krijgen,” vertelden de boeren vorig jaar.

De overheid besliste daarop om een groot programma te lanceren om Senegal tegen 2017 zelfvoorzienend te maken op vlak van rijst. Helaas werden de boerenorganisaties in het begin nauwelijks betrokken bij de uitvoering van het programma.

Waar staan de rijstboeren een jaar later?

FEPROBA, la Fédération des Producteurs du Bassin de l'Anambé, is één van die boerenorganisaties. Het potentieel voor rijstteelt in hun regio, het zuidoosten van Senegal, is groot. En Vredeseilanden investeert mee. Het afgelopen jaar verbeterde de relatie tussen FEPROBA en de overheid: ze werken samen om o.a. de irrigatiekanalen te onderhouden. Voor de eerste keer kon FEPROBA een contract met een grote klant afsluiten: het Wereldvoedselprogramma van de VN. En ze slaagden erin om de gevraagde 200 ton rijst bij hun leden te verzamelen, aan de kwaliteitseisen van de VN te voldoen en de zakken rijst op tijd te leveren. Een belangrijke stap.

Een tweede belangrijk afzetkanaal zijn groepen van vrouwen die de rijst ‘voorstomen’ en daarna op de markt brengen. Die ‘voorgestoomde’ rijst is heel populair, maar de rijstvariëteit die de boeren traditioneel gebruiken is niet de beste. Daarom besteedden de boeren van FEPROBA dit jaar heel wat tijd aan het testen en introduceren van nieuwe variëteiten die meer gesmaakt worden door de Senegalezen en geschikt zijn om voor te stomen. Dat ging met vallen en opstaan: soms konden de boeren niet goed inschatten of het zaaigoed van goeie kwaliteit was, en werden ze bedot door handelaars. Ook kwam de regen dit jaar te laat… wat gevolgen had voor de uiteindelijke oogst. De productievolumes waren dus niet optimaal.

FEPROBA is als organisatie ook gegroeid. Het beheer verloopt beter en twee nieuwe kleine boerenorganisaties zijn lid geworden van de federatie: ook zij willen hun rijst verkopen via FEPROBA. Er is nu een duidelijke genderpolitiek die zich vertaalt in het bestuur van de organisatie: al ⅓ van de bestuursleden zijn vrouwen.

Toekomst

Vredeseilanden zal de mensen van FEPROBA verder opleiden op vlak van financieel beheer, het afsluiten van contracten, prijsvorming, marketing, etc. Daarnaast zullen we vooral de vrouwengroepen ondersteunen om hun handel in voorgestoomde rijst te professionaliseren.

El Hadj Aly Gano, de voorzitter van Feproba vertelt: “We hebben het voorbije jaar méér velden kunnen inzaaien met kwaliteitszaaigoed, vroeger was het eerder een samenraapsel van verschillende minderwaardige soorten. We kregen ook felicitaties van het analyselab. De komende jaren willen we vooral investeren in goeie marketing voor onze rijst: zakken met ons logo erop, spandoeken en... spots op televisie!”